Login / Reg                    Nieuwsbrief  |   Agenda   |   Vacatures   |   Forum   |   Advies   |   Adverteer   |   Zoek
NedCoat verbetert doorstroom
Bron: Procesverbeteren.nl
World Class: Slanke, perfecte én geoliede organisatie
Duurzaam en in flow waarde creëren
Mens en machine verbeteren doorstroom NedCoat
Door Dr Ir Jaap van Ede, hoofdredacteur procesverbeteren.nl. 16-2-2012. De eerste versie van dit - inmiddels geupdate - artikel verscheen in juli 2010 in vakblad Metaal Magazine


Na 34 jaar liep het machinepark van de Groningse verzinkerij van NedCoat op zijn laatste benen. Verhuizen naar een nieuwe fabriekshal bleek de beste optie. Vrijwel het gehele machinepark werd daarbij vervangen, en er kwam een geavanceerd kraanbaansysteem. Dit stuurt de te verzinken metaalproducten nu automatisch door het productieproces, van dompelbad naar dompelbad.

Verzinken is een erg traditionele sector, daarom vergde deze ‘stromende’ manier van werken een heuse cultuuromslag.  ‘Echt profijt haalden we pas uit het kraanbaansysteem, nadat we onze IT-ondersteuning daarop hadden afgestemd’, vertelt directeur Reinier Brongers. ‘Onze medewerkers moesten leren omgaan met de computergestuurde planning, en hun weerzin tegen het ERP-systeem overwinnen.’

Uiteindelijk werd de doorzet flink vergroot, maar er kan nóg meer uit de apparatuur worden gehaald. Daartoe wordt de laatste jaren nauw samengewerkt met Scheffer, de leverancier van het kraanbaansysteem.

Verzinken wordt toegepast om allerhande metaalconstructies te verduurzamen, variërend van scheepspijpen tot fietsenrekken en boxen voor koeien. Je zou zo’n zinklaag kunnen zien als een soort van superverf.  "Duurzame waardecreatie", zo noemen ze bij NedCoat in Groningen dan ook hun proces.

Reinier Brongers, directeur NedCoat: 'Ons proces heeft wel iets weg van een wasstraat'
Reinier Brongers, NedCoat: "Ons proces heeft wel iets weg van een wasstraat. Alles staat hier daarom in het teken van het vergroten van de doorstroom"


Traverses
Door de grote fabriekshal bewegen zich "traverses", dit zijn dikke stalen balken van zo’n negen meter lang. Hieraan worden de te verzinken metaaldelen opgehangen. Kranen transporteren de traverses vervolgens van dompelbad naar dompelbad, beginnend met baden met chemische vloeistoffen om het metaal te ontvetten en te reinigen, en eindigend met een bad gevuld met vloeibare zink van circa 450 ºC.

Het gehele proces verloopt in principe volautomatisch, maar hier en daar moet er handmatig worden bijgestuurd. Zo blijft er altijd wel wat vuil achter op de producten, wat dan in het zinkbad komt bovendrijven. Dit wordt dan het bad uitgeveegd.

Grosso modo hoeven de operators echter alleen een traverse vol te hangen met te verzinken producten en een ‘wasprogramma’ te kiezen, daarna gaat alles vanzelf!

Medewerkers van NedCoat hangen te verzinken metaaldelen op aan een traverse
Medewerkers hangen te verzinken metaaldelen op aan een ‘traverse’ (rode balk) en kiezen een ‘wasprogramma’. Daarna transporteert het automatische kranensysteem de traverse van dompelbad naar dompelbad.


Autowasstraat
‘Ik gebruik bewust het woord wasprogramma’, aldus Reinier Brongers, directeur van NedCoat Groningen. ‘Het lijkt hier namelijk wel een beetje op een autowasstraat, alleen worden bij ons de producten volledig ondergedompeld in de baden. Een ander verschil is natuurlijk dat wij ter verduurzaming geen laagje was, maar een laagje zink aanbrengen. Ook verloopt het proces bij ons batchgewijs. Een aantal metaaldelen hangt bij elkaar aan één traverse. Deze vormen bij ons de “auto”, die hetzelfde wasprogramma doorloopt. Voor een vuile auto zul je een intensiever wasprogramma kiezen, en dat geldt ook voor de te verzinken metaaldelen. Zijn die vuiler, vetter of verroester, dan moeten die langer in de reinigingsbaden vertoeven.’

Bij elkaar zoeken
De operators zoeken per batch metaaldelen bij elkaar die ongeveer even vuil zijn en kiezen het bijpassende wasprogramma. De metaaldelen mogen daarbij niet te veel verschillen in dikte. De hechting van zink aan metaal begint namelijk zodra dit de temperatuur van het zinkbad heeft. Dit betekent dat als je dunne en dikke onderdelen tegelijk behandelt, dat zich op de dunne producten dan een te dikke zinklaag afzet.

‘Er is een dagplanning, maar voor de rest mogen onze operators zelf de volgorde van de orders bepalen. Er zijn vier ophangstations waar ze traverses kunnen voorbereiden. Ze geven daarbij in de computer het nummer van de traverse op, en welke orders ze daaraan hebben gehangen. Op die manier blijft altijd bekend welke metaaldelen van welke klant zijn. Is de traverse volgehangen, dan wordt die door het kraansysteem naar een buffer getransporteerd.’

In welke volgorde de traverses vanuit die buffer aan hun reis langs de dompelbaden beginnen, wordt bepaald door de computer. ‘Die zorgt ervoor dat traverses met intensieve en minder intensieve wasprogramma’s elkaar afwisselen. Dat is heel belangrijk, want daardoor arriveert steeds een zo constant mogelijke stroom traverses bij het laatste bad, het zinkbad.'

Het zinkbad is bij NedCoat de plaats waar de meeste waarde wordt toegevoegd
Het zinkbad is de plaats waar de meeste waarde wordt toegevoegd. Op de foto zijn de metaalproducten - nog steeds hangend aan de rode traverse -  ondergedompeld in de vloeibare en gloeiend hete zink.


Bottleneck

‘Bij alle overige stappen hebben we overcapaciteit, maar bij dat zinkbad niet', vervolgt Brongers. 'Dat is namelijk de duurste processtap, waar we echt waarde aan het product toevoegen. Het zinkbad is daarom onze bottleneck, waarvan we de capaciteit zo veel mogelijk willen benutten.’

Dat dit aardig lukt, blijkt als we tijdens de rondleiding bij het betreffende zinkbad aankomen. Een operator staat breed lachend bij een computerscherm, waarop staat dat hij de afgelopen uren bijna altijd het maximum van vijf onderdompelingen per uur heeft gehaald.
Op hetzelfde moment laat het kraansysteem net een traverse met metaaldelen in de zink zakken. Hierbij klinkt een geluid dat mij doet denken aan een frituurpan, die wordt gevuld met friet waaraan te veel ijs kleeft! ‘Dat klopt heel aardig. Wat je hoort is lucht en/of water wat expandeert als gas, vanwege de hoge temperatuur van het bad.’

Dat expanderen gebeurt met enorme kracht, en als het gas niet weg kan gebeuren er ongelukken. ‘Het product vervormt of nog erger, het spat uit elkaar. In het verleden zijn daardoor wel eens ernstige ongelukken gebeurd. Het lijkt een vrij eenvoudig en ambachtelijk proces, maar je moet wel steeds heel goed blijven nadenken wat je doet. Vóór een metalen onderdeel wordt behandeld moet het bijvoorbeeld worden geïnspecteerd op de aanwezigheid van holle ruimtes. Als die er zijn, dan moeten er ontluchtingsgaten zijn aangebracht. Blijken die niet aanwezig, dan nemen wij contact op met de klant.’

Aan de 'witte kant' van de NedCoat-fabriek worden glimmend verzinkte producten van de traverse gehaald
Aan de "witte kant" van de fabriek worden de glimmend verzinkte producten weer van de traverse gehaald.


Handhaven flow
Brongers benadrukt herhaaldelijk het belang van het handhaven van de flow in zijn fabriek, hetgeen doet denken aan lean manufacturing. Daar staat echter tegenover dat de werkvloer vol staat met nog te behandelen staal (de zwarte kant, zo noemen ze dat bij NedCoat) en met verzinkt gereed product (de witte kant).

Dergelijke grote voorraden zijn in lean-terminologie verspilling, maar in het geval van NedCoat ligt het letterlijk niet zo zwart-wit. ‘Wij komen in de problemen bij het handhaven van onze doorstroom als we weinig aanbod hebben. Dan wordt het namelijk moeilijk om vuile en minder vuile wasprogramma’s af te wisselen, omdat er minder keuze is uit op te hangen onderdelen bij het voorbereiden van de traverses.’

Formeel loopt er binnen NedCoat geen Lean-programma, maar Brongers past dergelijke principes waar mogelijk wel toe. ‘Orders van grotere klanten laten wij bij hen ophalen, met onze eigen opleggers. In deze nieuwe productiehal laden we die materialen niet meer uit. We plaatsen de opleggers middenin de fabriek, en hangen de metaaldelen vervolgens meteen op aan een traverse. Dit scheelt een hoop onnodige beweging in vergelijking met vroeger, toen zulke orders eerst het magazijn ingingen en later weer werden opgehaald met heftrucks. En zijn de orders gereed, dan worden ze meteen weer op een oplegger geplaatst voor transport naar de klant.’

Zwavelzuur
De nieuwe productielocatie werd in april 2008 in gebruik genomen. Daarvoor zat NedCoat in een 34 jaar oude fabriek aan de Bornholmstraat, en moest elke stap handmatig in gang gezet worden.

'Mijn voorganger, Onno Storteboom, heeft de verhuizing aangegrepen om het hele machinepark te vervangen door state-of-the-art apparatuur. Toen is niet alleen het geavanceerde kraanbaan-transportsysteem geïnstalleerd, maar zijn er ook afgesloten reinigingsbaden gekomen. Daardoor kunnen we nu bij hogere temperatuur reinigen, waardoor dit sneller gaat. Bovendien is het veel milieuvriendelijker. Wat dat betreft zie je sowieso dat de eisen steeds strenger worden. Verzinken vindt in Groningen al sinds 1953 plaats. Uit die begintijd hoor je soms verhalen over mensen die met oplossende laarzen in de zwavelzuur stonden!.’

NedCoat werkt met vrij grote voorraden (hier gereed product)
NedCoat werkt met vrij grote voorraden (hier gereed product). Dit is nodig om in de productieplanning intensief te reinigen metaalproducten af te kunnen wisselen met relatief schone producten.


Niet soepel
Toen Brongers in november 2008 het stokje overnam van Storteboom trof hij een nieuwe fabriekshal en een prima productieapparaat, maar het draaide allemaal niet soepel. ‘De operators bleken bijvoorbeeld nog totaal niet getraind in de nieuwe geautomatiseerde manier van produceren. Vroeger kon je tijdens de procesgang nog makkelijk orders wisselen, maar nu kan dat niet meer. Dat vereist een andere instelling.’

Brongers’ hart ligt bij industriële automatisering. Vroeger werkte hij onder meer bij Actemium. Ook vertelt Brongers dat hij verantwoordelijk is geweest voor de implementatie van het Manufacturing Execution System (MES) bij Aldel. Dit was aan het begin van deze eeuw een van de eerste voorbeelden van tweezijdige verticale integratie tussen ERP en de werkvloer.  

Het is daarom niet verwonderlijk dat het Brongers een doorn in het oog was, dat in Groningen het ERP-systeem van moederbedrijf NedCoat nauwelijks werd gebruikt. ‘Het gaat om een zelfgebouwde en zelf onderhouden oplossing, die perfect is toegespitst op onze bedrijfsprocessen. In Groningen zagen ze het ERP-systeem echter slechts als een noodzakelijk kwaad. Alleen het hoognodige werd  - vaak achteraf – ingevoerd. Daar heb ik dus snel wat aan veranderd.’

ERP leidend
Sindsdien is het ERP-systeem leidend bij het maken en uitvoeren van de productieplanning. ‘Dat is onze doorstroom zeer ten goede gekomen. Cherry Picking is nu bijvoorbeeld niet meer mogelijk. We hebben hier meerdere ploegen, en vroeger wilde het wel eens voorkomen dat zo’n ploeg dan vooral snel te behandelen producten koos. Daardoor werd het tonnage dat zij hadden omgezet natuurlijk fraai opgepoetst.’

Ook dankzij een betere afstemming met de klanten is de flow in de fabriek verbeterd. ‘Normaal is onze doorlooptijd 5 dagen, maar klanten kunnen via het internet in ons ERP-systeem capaciteit reserveren en dan is de doorlooptijd maar 3 dagen. Voor de klant heeft dat als voordeel dat die zijn materialen sneller terugkrijgt, en wij kunnen beter plannen. Via een inlogcode kunnen klanten bovendien de orderstatus volgen. Dat scheelt veel telefoontjes, ook dat is winst voor beide partijen.’

Binnenkomende materialen worden bij NedCoat meteen geïnspecteerd: zijn er precies zoveel onderdelen als de klant heeft vermeld, zijn de benodigde ontluchtingsgaten om explosies bij het verzinken te voorkomen wel aangebracht. ‘Vroeger boorden we die gaten desnoods zelf zonder daarvoor kosten in rekening te brengen, hoewel dit de flow in onze fabriek natuurlijk enorm verstoorde. Om de klant wat dat betreft op te voeden, is het boren nu niet meer gratis. Dat werkt, want de hoeveelheid boorwerk is al met 60% afgenomen!’

Materialen waarin noodzakelijke ontluchtingsgaten ontbreken worden nu apart gezet, en zo onttrokken aan de flow. ‘We vragen de klant vervolgens via ons ERP-systeem per email of wij die gaten moeten boren of dat zij dat alsnog gaan doen. Het overige gedeelte van de materialen wordt ondertussen gewoon verwerkt. Het ERP-systeem splitst de betreffende productieorder daartoe vanzelf in tweeën.’

Gereed (verzinkt) product bij NedCoat, nog hangend aan traverses
Gereed (verzinkt) product, nog hangend aan traverses


Stilstand voorkómen
Naar analogie met een autowasstraat is het voor de doorstroom cruciaal dat het transportsysteem blijft functioneren. Immers, vallen de kranen uit, dan valt de hele fabriek stil. Om dit zo veel mogelijk te voorkomen is er sinds twee jaar een monitoringsysteem. Dit registreert welk type stilstanden er plaatsvinden, met als doel om die in de toekomst zo mogelijk te voorkomen.

Uit zijn Actemium-tijd kende Brongers Jeroen Kleef van S&S Systems, gespecialiseerd in maatwerk voor data-acquisitie en verticale integratie. ‘Samen met hem heb ik destijds hun MES-achtige oplossing geïmplementeerd in een distributiecentrum van Schneider Electric. Ik wist daarom dat dat systeem ook bij ons zou kunnen werken.’

Het softwarepakket van S&S Systems, dat Continu Verbeter Toolkit (CVT) heet, werd gekoppeld aan de PLC’s die de kranen aansturen. ‘Alle foutmeldingen worden sindsdien doorgesluisd naar de CVT. Dat heeft als grote voordeel dat we achteraf kunnen onderzoeken wat er precies is misgegaan. Vroeger werd er bijvoorbeeld weleens geroepen “weer eens een kraanstoring”, terwijl dat niet zo was. Als je bijvoorbeeld een traverse te breed behangt komt het transport namelijk ook tot stilstand, want dan krijg je een contouralarm.’

Op verzoek van sommige operators zelf (!) wordt ook geregistreerd wie een bepaalde transverse heeft volgehangen. ‘Niet met de bedoeling om met sancties te komen als er iets niet goed gaat, maar vooral om te kijken waarom dat gebeurde. Wellicht heeft die persoon extra opleiding nodig.’

Sinds de ingebruikname van de CVT is het aantal kraanstoringen aanzienlijk afgenomen. ‘Scheffer, de leverancier van onze kranen, biedt de CVT inmiddels als optie aan bij hun bedieningssoftware’.

Samenwerking met leverancier Scheffer zorgt voor innovatie
NedCoat werkt al een paar jaar nauw samen met Scheffer, de leverancier van het kraanbaansysteem, om het maximale uit de apparatuur te halen. Suggesties voor verbetering geeft NedCoat aan Scheffer door, en zij bekijken dan of ze die kunnen gaan ondersteunen. ‘Verbeteringen realiseren ze voor ons tegen kostprijs, winst kunnen ze later behalen door hetzelfde elders toe te passen’, vertelt Brongers.

Feitelijk fungeert NedCoat  zo voor Scheffer als test- en demonstratielocatie. Bedrijven uit heel Europa komen langs om de nieuwste innovaties te zien. Meer hierover, en over de vele verbeteringen die inmiddels op grond van de informatie in de Continu Verbeter Kit zijn gerealiseerd, leest u in een vervolgartikel!


Digitaal wachtboek
De CVT wordt ook gebruikt als digitaal wachtboek voor de productie en de technische dienst. Storingen, technische werkzaamheden, te repareren zaken en voorvallen tijdens een wacht worden ingegeven. ‘Elke morgen bespreek ik met de productie en de TD de afgelopen 24 uur. Hierbij worden gegevens uit de CVT middels een beamer geprojecteerd, en kunnen acties direct worden vastgelegd en uitvoerenden aangewezen’.

De doorzet bij NedCoat in Groningen is inmiddels het dubbele van de oude fabriek aan de Bornholmstraat. ‘Het nieuwe automatische transportsysteem legde daarvoor de basis. Daarvan plukten we echter pas de vruchten toen we onze ERP-software correct gingen gebruiken, in combinatie met het terugdringen van machinestoringen met de Continu Verbeteren Toolkit’, concludeert Brongers.

Lees ook het vervolgartikel: NedCoat haalt maximale uit machinepark, dankzij storingsregistratie en samenwerking met leverancier


Hulp nodig bij de implementatie van WorldClass Operations?

Verwijzen naar dit artikel op internet?
Gebruik als link: https://www.procesverbeteren.nl/selectie_methodes/NedCoat_WorldClass.php

AzumutaCoimbeeBlom Consultancy