Data-acquisitie, MES & KPI's
Bron: Procesverbeteren.nl
|
Smart Industry: Slimme organisatie |
![]() Door Dr Ir Jaap van Ede, hoofdredacteur procesverbeteren.nl. De eerste versie werd gepubliceerd in het vakblad PT Industrieel Management (feb. '08)
Wat leest u al bijna tien jaar lang in de vakbladen: Een Manufacturing Execution Systeem (MES) verzorgt de vertaalslag tussen het kantoor en de werkvloer. Als je daar even over nadenkt, verbetert MES dus ‘slechts’ een administratief proces! Een productieplanning wordt naar de werkvloer gezonden, en de productieresultaten worden teruggestuurd naar het ERP-systeem. Dit vermindert fouten, het is minder werk, en het gaat veel sneller. Saai Plant to Enterprise conferentie
De MESA Plant-to-enterprise conferentie vond in 2007 in Nederland plaats, op 7 november in Utrecht. De inhoud van dit artikel is deels gebaseerd op lezingen tijdens deze conferentie, en deels op interviews ter aanvulling.
Bow or indian? MES als middel ![]() Manufacturing Execution Systemen zijn meer rapportage- dan procesmanagementsystemen. Dat moet veranderen om de Plan-Do-Check-Act cyclus te sluiten. Op de foto de procesbesturing bij een brouwzaal bij Heineken
![]() Vergeleken met Heineken staat de implementatie van MES bij DSM nog in de kinderschoenen
Met zulke winsten in het verschiet, vindt De Lepper het niet nodig om eerst nog eens uitgebreid te discussiëren of MES nu 80 of 100 miljoen per jaar oplevert. Als ingenieur of procestechnoloog is het overtuigen van het management echter nog niet zo eenvoudig. Maar er is hoop, want De Lepper ziet inmiddels in wat het probleem is. Ter illustratie toont hij een Dilbert-filmpje van een moeder die bezorgd bij de dokter komt, omdat haar kind allerlei apparatuur uit elkaar haalt. ‘Can he lead a normal life’, vraagt ze. ‘No, I’m sorry, he will be an engineer!’, luidt het antwoord, waarop de moeder in snikken uitbarst. Good to Great Hiermee wil De Lepper illustreren dat goed communiceren niet in de genen van ingenieurs zit. ‘Het bekende managementboek Good to Great van James Collins beschrijft hoe sommige ondernemingen erin slagen de middelmatigheid te ontstijgen. Eén van de geheimen is het stellen van vragen in de juiste volgorde: eerst het waarom, dan pas het wie, wanneer en hoe' 'Ingenieurs hebben de neiging om aan de verkeerde kant te beginnen, dus bij het hoe. Met technische details overtuig je business-managers echter niet. Bovendien moet je spreken vanuit het hart, niet vanuit je hoofd.’ De Lepper’s afdeling bevindt zich tussen de gebruikers en het management in. Daarom is hij op zoek naar bruggenbouwers, mensen die technische zaken kunnen vertalen in business opportunities. ‘Wellicht zijn er binnen ons bedrijf mensen met bijzondere, nog niet ontdekte gaven. Zoiets als de telefoonverkoper Paul Potts, winnaar van de competitie Britain’s got talent en inmiddels wereldberoemd. Bij de auditie geloofde niemand dat hij opera kon zingen, maar al na enkele maten zie je de jury veranderen van mening. Het auditiefilmpje staat op Youtube.’ Onbemande brouwerij Terwijl DSM bezig is met de implementatie van de eerste generatie MES, wordt binnen Heineken al nagedacht over de vólgende generatie, een soort MES 2.0. ‘Ons ultieme doel is een onbemande brouwerij’, legt Versteegh uit. ‘die wordt dan gerund volgens management by exception’. De operators worden op deze manier bevrijd van het staren naar computerschermen. Die zijn immers zwart, zolang er geen bijzondere gebeurtenissen optreden!. 'Het is de bedoeling dat de operators straks een andere rol krijgen. Hun taak als procesbewaker wordt beperkter, eventuele alarmen worden mobiel aan hen doorgegeven zodat ze hun handen vrij krijgen. In de resterende tijd kunnen ze dan preventief onderhoud gaan doen, of bijvoorbeeld onderzoeken of er een trend is die wijst op een probleem over pakweg twee of drie batches.’ Volgens Versteegh is zo’n MES 2.0 echter niet in elke situatie zinvol. ‘In een kleine fabriek in bijvoorbeeld Nigeria, India of China pas je dit niet toe. Het al dan niet aanwezig zijn van een MES heeft namelijk niets te maken met de kwaliteit van het eindproduct.’ Een nieuwe missie voor MES én MESA
Het is lange tijd stil geweest rond de Manufacturing Enterprise Solutions Association (MESA). Deze van oorsprong Amerikaanse vereniging is vooral bekend van de definitie van de elf mogelijke MES-functies, waaronder tracking & tracing, toewijzing van productiemiddelen en data-acquisitie. Een nieuw model moet de MESA-organisatie nieuw leven inblazen. Dit nieuwe model geeft de relatie weer tussen de eerdergenoemde elf MES-functies en ‘strategische initiatieven’ zoals Lean Manufacturing. Op zich is dat idee goed. Uit het hoofdartikel blijkt immers dat veel bedrijven hun MES willen gaan inzetten om bijvoorbeeld Lean of TPM-projecten te ondersteunen. Onderzoek naar hoe dit het beste kan is dus meer dan welkom. Helaas maakt het gebruik van de term ‘strategische initiatieven’ het MESA-model echter niet al te helder. Worden daarmee ‘bedrijfsmissies’ bedoeld?. In dat geval lijkt het MESA-model sterk op de Heineken-architectuur, met op het bovenste niveau de missie, daaronder het MES-niveau en op het laagste niveau de multidisciplinaire verbeterteams. Zo eenvoudig is het echter niet. Immers, zoals hierboven al werd vermeld, is één van de mogelijke ‘strategische initiatieven’ volgens MESA ‘Lean Manufacturing’. En dat is beslist geen missie, maar een middel. Een andere mogelijkheid is om ‘strategische initiatieven’ te lezen als ‘managementmethoden’. Dat komt dichter in de buurt. Voor twee van de mogelijke ‘initiatieven’ die MESA noemt klopt dit, namelijk voor Lean en TPM. Toch blijft er ook dan nog onduidelijkheid bestaan, want de andere initiatieven hebben geen heldere definitie. Dit geldt bijvoorbeeld voor de Real-time Enterprise, en voor Total Quality (waarbij het mijns inziens beter zou zijn geweest om in plaats daarvan Six Sigma te kiezen). Onderzoek MESA gaf het analysebureau Industrydirections opdracht om te onderzoeken of bedrijven de ‘strategische initiatieven’ Lean, Real-Time Enterprise (RTE) en Total Quality (TQ) toepassen, en in hoeverre ze daarbij Key Performance Indicatoren (uit MES) gebruiken. Het onderzoek bestond uit een on-line vragenlijst, die 133 bedrijven invulden. De resultaten moeten daardoor met een korrel zout worden genomen. De onderzoeksmethode is namelijk vergelijkbaar met een huisarts die zijn patiënten een enquête stuurt met de vraag of zij het initiatief tot ‘meer bewegen’ hebben genomen, en die vervolgens alleen de ingevulde formulieren betrekt in zijn onderzoek. Aan de andere kant: waarschijnlijk zijn vrijwillig in te vullen vragenlijsten de enige manier om onderzoek te doen naar het bedrijfsleven. Tot slot: wat kwam er uit het onderzoek? Maar liefst 73% zegt Lean Manufacturing na te streven, 64% past naar eigen zeggen TQ toe, en 47% RTE. Bij Lean is de meest toegepaste KPI het percentage op tijd geleverd, bij TQ is dit het percentage defecten. Bij RTE is dit de systeem-uptime, direct gevolgd door de Operational Equipment Effectiveness. De belangrijkste conclusie is echter dat er maar heel weinig van dit soort (real-time) KPI’s worden gebruikt. Kortom, het gebruik van operationele KPI’s is zeer beperkt, en áls er al iets gemeten wordt dan ontbreekt de link met de bedrijfsmissie. Is dat erg? Waarschijnlijk wel, want uit aanvullend onderzoek blijkt dat bedrijven met veel operationele KPI’s opvallend goed presteren. Dit alles ondersteunt de conclusie in het hoofdartikel dat MES veel effectiever kan worden ingezet.
Verwijzen naar dit artikel op internet? Gebruik als link: https://www.procesverbeteren.nl/data-acquisitie/MES_excellence.php |
||